Dr.Godfried-Willem RAES

Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 4: Organologie & Experimentele Instrumentenbouw

Hogeschool Gent : Departement Muziek & Drama


<Terug naar inhoudstafel kursus>

  Instrumentenbouw Verbindingstechnieken

4011: Algemene konstruktie-tips:

1. Taboe is het gebruik van spijkers (nagels) en -in tweede orde, schroeven- voor het verbinden van de houten delen. Alleen verlijming over de gehele te verbinden oppervlakte kan als een degelijk montagemiddel voor hout in de instrumentenbouw worden beschouwd.

In aanmerking komende lijmtypes zijn:

a. Vinyl-lijm (' witte houtlijm'). Geeft een slechte overdracht van trillingen.

b. Polyuretaanlijm (deze is licht expanderend maar levert erg sterke -zij het onomkeerbare- verbindingen). Wanneer het te verlijmen materiaal erg droog is, is het aan te bevelen het met een nevelspuit ('vaporizator') een beetje te bevochtigen. Water verbetert de hechting en de afbinding van dit soort lijm! Het inklemmen is hier van bijzonder groot belang: immers door het feit dat de lijm expandeert, zou een niet ingeklemd werkstuk na afbinding niet meer maatvast kunnen zijn.

c. Beenderlijm (of vislijm): dit is de traditionele favoriete lijm van de instrumentenbouwer. Hij dient warm (oplossen in water en verwarmen 'au bain marie') te worden gebruikt. Hoewel erg omslachtig en wellicht wat anakronistisch, is het grote voordeel van deze lijm gelegen in de omkeerbaarheid van de verbindingen: een lijmnaad kan achteraf opengebroken worden zonder het materiaal te beschadigen. Het is te danken aan het gebruik van deze lijm dat er thans nog oude violen zijn en dat deze nog steeds kunnen worden hersteld, geopend en aangepast.)

Ook voor kunststoffen -in al die gevallen waarbij plastische vervorming niet mogelijk is (o.m. plexiglas kan, zoals alle termoplasten trouwens, na verhitting gemakkelijk worden gebogen en vervormd)- is verlijming met een geschikte lijm meestal de beste oplossing. Sommige kunststoffen (bvb. PVC, Polyvinylchloride) kunnen ook 'gelast' worden. (Lassen is de techniek van het verbinden van gelijke materialen door hen op de te verbinden plaats in (bijna) vloeibare toestand te brengen waardoor ze terplaatse ineensmelten). Een omstandige opgave van materialen en de erbij te gebruiken lijmen zou ons hier veel te ver voeren. Konsulteer bij voorkeur de gegevens van de fabrikant van de te verlijmen stof. De geschikte lijmen zijn steeds opgegeven.

Enkele tips wil ik echter wel kwijt:

2. Voor metalen te verbinden delen komen volgende technieken in aanmerking:

      1. SOLDEREN: (Solderen noemt men die verbindingstechniek waarbij twee materialen -deze hoeven niet perse gelijk te zijn- onderling worden verbonden via een in vloeibare toestand gebracht eutektisch mengsel (meestal een metaallegering), dat na stolling een goede molekulaire aanhechting heeft op de te verbinden materialen. Zachtsolderen gebeurt voor metaalverbindingen bij temperaturen tussen 200 en 450 graden, terwijl hardsolderen temperaturen vergt tussen 500 en 900 graden, naargelang het soldeersel en de materialen. Zachtsolderen is het o.a. gewone solderen dat we kennen uit de elektronika, maar ook de techniek die gebruikt wordt in de orgelbouw voor het maken van metalen pijpen. Het soldeer bestaat uit lood en tin (Sn/Pb 40/60) , soms met toevoeging van zilver. Hardsolderen wordt o.m. toegepast voor de montage van koperen blaasinstrumenten, de aanmaak van kleppen voor klarinetten, hobo's, fluiten e.d.m. Het soldeer bevat meestal vooral koper en zilver. Als warmtebron wordt hier bij voorkeur de kombinatie zuurstof en acetyleen gebruikt.

De enige lijmtypes die voor metaalverbindingen soms goed kunnen worden gebruikt zijn:

3. Vooral de verbinding van onderling ongelijksoortige materialen stelt ons vaak voor onoplosbare problemen. Wanneer je niet geheel zeker bent over een verbindingstype, doe dan -los van het instrument waarmee je bezig bent- een afzonderlijke proef. Een nog niet eerder vermelde lijmmogelijkheid wordt ons vaak geboden door de moderne zgn.’hot-glue’ waarvoor een speciaal elektrisch lijmpistool nodig is. Lijmpatronen zijn verkrijgbaar voor diverse te verlijmen stoffen. Deze lijm heeft het grote voordeel dat de verlijming omkeerbaar is: door de naad opnieuw te verwarmen (met een heteluchtpistool) kan de verbinding worden losgenomen. De niet-hitte bestendigheid kan in sommige toepassingen uiteraard ook een nadeel zijn.

4. Wanneer je materialen gebruikt die niet duurzaam zijn (bvb. alles uit latex, dat immers 'versterft' (elastiekjes, ballons, rubberwaren), of die erg gemakkelijk kunnen stukgaan (snaartjes, veertjes) voorzie dan steeds in een gemakkelijke mogelijkheid om hen te vervangen. De verbindingsmiddelen gebruikt in verband met dergelijke materialen moeten beslist omkeerbaar zijn. Ga ze dus niet verlijmen of vastklinken!

5. Wanneer het instrument stembaar geacht wordt te zijn, maak dan dat de procedure daarvoor komfortabel en zonder werktuigen kan verlopen. Zo gebruik je voor snaren bij voorkeur stemschroeven zoals gebruikt op mandolines of gitaren.(met wormwielen dus). Rommelmarkten bieden vaak uitstekende kansen voor koopjes...


Filedate: 970928 / last update: 2013-10-28

Terug naar inhoudstafel kursus: <Index Kursus>

Naar homepage dr.Godfried-Willem RAES