Dr.Godfried-Willem RAES

Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 6

Hogeschool Gent : Departement Muziek & Drama


<Terug naar inhoudstafel kursus>

   

6410:

ARCHITEKTUUR

Dat Richard Wagner voor zijn opera-produktie zover ging ook een eigen gebouw te koncipieren, is genoegzaam bekend. Maar, ook andere komponisten hebben zich zo nu en dan met architektonische projekten beziggehouden. Een bekend voorbeeld is Iannis Xenakis, die overigens als architekt werd opgeleid en ook stage liep bij Le Corbusier. Hij was de ontwerper van het Philips-pavilioen op de Brusselse Wereldtentoonstelling in 1958, een ruimte speciaal ontworpen voor de weergave van luidsprekermuziek. De eerste in zijn soort. Het poème-symphonique van Edgar Varèse werd er in premiere gebracht. Ook voor de wereldtentoonstelling in Osaka, werden er speciale muziekruimtes gekoncipieerd (o.m. voor de dagelijkse koncerten van Karlheinz Stockhausen en diens groep).

In de Verenigde Staten zijn heel veel akoestische konstrukties tot stand gekomen onder invloed van de filosofie van Buckminster-Fuller. Het betreft hier vooral meer kleinschalige geodetische koepel-konstrukties en projekten waarbij een parametrische akoestiek werd nagestreefd.

Op bescheiden schaal heb ik mij op dit gebied in 1990 ook aan een architektonisch projekt gewaagd, en wel naar aanleiding van de nood om voor Stichting Logos een nieuwe koncertzaal voor nieuwe muziek te bouwen. De beschouwingen en overwegingen daaromtrent kunnen alsvolgt samengevat worden:

 

TETRAEDER-PROJEKT

1. De Tetraeder als scharnier tussen twee gebouwen.

Stichting Logos beschikt over twee gebouwen, een eerste in de Kongostraat , een tweede in de Bomastraat, die aan de achterzijde aanpalend zijn. De eerste koncertstudio ligt aan de achterzijde van het gebouw in de Kongostraat, de tweede veel grotere, kwam te liggen aan de achterzijde van het gebouw in de Bomastraat. Funktioneel en architektonisch zou een tetraeder, met zijn typische driehoekige grondplan, perfekt funktioneren als 'scharnier' tussen beide gebouwen en er als dusdanig een eenheid tussen scheppen. De percelen waarop beide gebouwen staan vormen immers een onderlinge hoek van ongeveer 120 graden.

De plaatsing van de koncertstudios aan de achterzijde der percelen was ingegeven door de bekommernis om het vermijden van storende straatgeluiden (bussen in de Kongostraat, vrachtwagens en zelfs een bijzonder storende dancing in de Bomastraat).

Uitdrukkelijk wijzen we er hier op dat de muzikale aktiviteiten binnen onze instelling absoluut geen geluidsoverlast kunnen veroorzaken : zij spelen zich af op de grens van de stilte.

De plaatsing van de tetraeder in de scharnier tussen beide gebouwen, verleent het gebouw een gewild sakraal karakter, dat het koncert als sociaal-ritueel gebeuren moet bevorderen.

 

2.De tetraeder als akoestische ideale ruimte

Het akoestische feit dat in een tetraeder geen staande golven kunnen optreden , maakt dat het een ruimte is die niet behept is met eigen voorkeuren inzaken resonantiefrekwenties. Akoestische golven kunnen elkaar nooit in faze versterken en worden onder steeds wisselende hoeken door de wanden weerkaatst. Een tetraeder-ruimte is dan ook bijlange niet akoestisch dood maar wel akoestisch lineair. Bovendien kan met een minimum aan akoestisch uitgestraald vermogen een maximale ruimte worden gevuld, een eigenschap die het voor niet elektrisch versterkte instrumentisten bijzonder aangenaam maakt om erin te spelen en te musiceren. In het bijzonder voor hedendaagse en experimentele muziek, waarin het detail van het allergrootste belang is en niet de absolute geluidsterkte, is deze eigenschap van cruciale betekenis. De vorm van deze zaal is dan ook ideaal voor de funktie die zij dient te vervullen, nml. die van koncertzaal.

 

3. De tetraeder als konstruktie :

Konstruktief gezien is de tetraeder de meest efficiente vorm. Het is immers de eenvoudigste ruimtelijke figuur waarbij met een minimum aan konstruktiemateriaal een maximum volume kan worden gebouwd op een konstruktief sterke manier. Een tetraeder is omzeggens niet vervormbaar, in tegenstelling met bvb. een klassieke kubus of balk , die bij de minste zijdelingse druk overgaat in een paralellopipedum , m.a.w. traag maar zeker instort. Dit simpele feit wordt trouwens reeds lang toegepast in staal-konstruktie werk ( bouw van spanten ,bruggen ,hijskranen o.m.), waarin men de tetraedervorm omwille van zijn mechanische stabiliteit bijna steeds terugvindt.

 

4. De tetraeder als energiebezuiniger :

Vanuit ekologisch-energetisch standpunt gezien is het de goedkoopste ruimte die denkbaar is om te verwarmen. Zoals dat ook met het geluid het geval is, wordt de warmte van de wanden terug gestraald en gelijkmatig verdeeld over de ruimte. De ruimte wordt kleiner naar de top toe, wat uitermate efficient is vanuit verwarmingstechnisch oogpunt, aangezien warme lucht stijgt.

Voor de verwarming werd uit oogpunt van veiligheid, geluidsproduktie en flexibiliteit geopteerd voor rechtstreekse elektrische verwarming.

 

5. De tetraeder als estetiek :

Vanuit estetisch oogpunt , als architektonisch element , is de tetraedervorm bijzonder aangenaam , omdat zijn perspektivische werking zo uitgesproken is : niets dan evaderende vluchtlijnen waardoor, van buitenaf beschouwd, nooit het 'blok'-idee kan ontstaan. De tetraeder versterkt het perspektief en de diepte van het landschap en verruimt de indruk van afstand. Vandaar dat een tetraeder er ook steeds aanmerkelijk kleiner uitziet dan hij rekening houdend met zijn objektief volume eigenlijk is.

Van binnenuit, geldt dit evenwel precies andersom : door de vluchtlijnen ziet de ruimte er groter en ruimer uit dan zij werkelijk is. Stilistisch gezien zou men het ook kunnen omschrijven als een resoluut modernistisch statement in een door een bepaald grijs-roos postmodernisme verloederde en bedrogen wereld.

6. De tetraeder als element van burgerlijke ongehoorzaamheid.

Wij leven nu immers sedert meerdere eeuwen onder de diktatuur van Euclides, van de evenwijdigheid, de rechte hoek, de rechte lijn ; onder de diktatuur van het infinitistische denken, de waanzinnige idee van de onbeperkte groei , van het geloof en het berusten in wat dan ook boven of buiten de mens zou kunnen staan. De tetraeder, in al zijn driehoekigheid, in zijn steeds maar snijdende lijnenspel fungeert als een symbool voor een gesloten en eindige wereld die door de mens wordt bepaald en waarvoor ook de mens alleen verantwoordelijk is. De tetraeder is dan ook een symbool voor de homo faber, een tempel van de verantwoordelijke werkzaamheid en produktiviteit.

Het is dan ook filosofisch een ideale vorm waarbinnen zich het kreatieve muzikale scheppen van vandaag zich kan afspelen en thuisvoelen.

 

7. De tetraeder als trefpunt van drie politieke werelden :

De drie zijden van het grondvlak weerspiegelen de drie werelden waarbinnen het hedendaagse politieke denken de wereld heeft verdeeld: de eerste - de westerse- , de tweede - het oostblok- en de derde wereld. Drie werelden die integraal in de hedendaagse muziekkultuur die wij pogen aan bod te laten komen zijn vertegenwoordigd.

 

8. De tetraeder als monument van de eenvoud

De bouw en konstruktie van een tetraeder maakt het aanbrengen van funderingen volstrekt overbodig. Zelfs bij de zwaarste aardbevingen blijft het bouwsel nog steeds overeind en behoudt het in elk geval zijn initiele en uiterst eenvoudige vorm. Dit verklaart o.m. zijn populariteit op de Amerikaanse westkust ( de San Andreas Fault) , los nog van de reklame die voor tetraeder en geodetische koepel werd gevoerd door Buckminster Fuller.

De tetraeder omhult een ruimte onder gebruikmaking van niet meer dan vier vlakken , elk een gelijkzijdige driehoek. Alle driehoeken zijn volkomen congruent. Alle onderverdelingen van de tetraeder vormen op hun beurt opnieuw tetraeders, zodat de hoofdvorm zelfs uit het kleinste detail - zolang dat tenminste een hoekpunt omvat - opnieuw rekonstrueerbaar is.

 

9. De tetraeder als spel

In de Belgische architektuur is er weliswaar een welhaast onbeperkte variatie - ondanks de bemoeienissen van stedebouw- maar helaas zijn dit alles variaties op de stunteligheid van de achterkotterij enerzijds en het pseudomoderne betonblokappartement of de kitscherige neo-fermette anderzijds. Een tetraeder fungeert daarbinnen als een element van fantasie en verbeelding, door zijn bedrieglijke non-funktionaliteit.

 


Filedate: 910928

Terug naar inhoudstafel kursus: <Index Kursus>

Naar homepage dr.Godfried-Willem RAES