Godfried-Willem RAES

Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 3: Vormleer

Hogeschool Gent : Departement Muziek & Drama


<Terug naar inhoudstafel kursus>

3020:

Kontrapunt

 

 

POLYFONIE

 

Polyfonie zouden we kunnen definieren als horizontale lineaire organisatie van muzikale gebeurtenissen. Belangrijk bij polyfonie of meerstemmigheid, is dat de verschillende stemmen die aan de opbouw van het muzikaal verhaal deelnemen, onderling onderscheidbaar zijn. Het is dan ook van primordiaal belang, bij het schrijven of ontwerpen van polifoon gedachte muziek, elke stem afzonderlijk als een volwaardig muzikaal betoog te ontwerpen. Elke stem moet dus een interne muzikale samenhang vertonen en dus voldoen aan de eisen gesteld aan monofone eenstemmige muzikale verhalen. Anderzijds echter kan niet gesteld worden dat polyfonie kan worden ontworpen door zomaar een aantal op zich volwaardige monofone verhalen tegelijk te laten klinken. Er moet een onderlinge samenhang zijn tussen de deelnemende stemmen. Dit nu kan op een aantal heel verschillende manieren bereikt worden:

 

1. Kontrapunt:

elke stem wordt daarbij op elk moment van haar verloop, bepaald in funktie van de andere stemmen. Het algoritme waarop kontrapunt berust, bepaalt de stijl ervan. Zoals men weet, heeft de harmonieleer zich uit de regels (algoritmen) van het kontrapunt ontwikkeld. Immers, wanneer men de regels voor de onderlinge gelijktijdige samenhang der stemmen alsmaar strenger gaat maken, dan boeten de stemmen alsmaar meer in aan autonomie.

(cfr. muziekgeschiedenis: parodiemissen, motet, madrigaal...)In de harmonieleer, vanaf de 18e eeuw, is de polyfonie dan ook in hoge mate teloor gegaan. Er ontstaat een hierarchie tussen de stemmen, waarbij hetzij de bas, hetzij (mmestal) de sopraan tot belangrijkste stem wordt en de andere stemmen gereduceerd zijn tot opvullings en begeleidingspartijen.

 

2.Horizontaal strukturerende vormen:

Wanneer we de stemmen naar interne organisatie sterk van elkaar afhankelijk maken, maar de temporele struktuur voor elke stem afzonderlijk bepalen, dan krijgen we een muzikale samenhang die op lineariteit berust. De stemmen zijn onderling konsistent, maar worden op andere tijdsmomenten waargenomen. De klassieke voorbeelden hiervan zijn het canon en alle fugatische vormen.

Deze en verdere formele mogelijkheden binnen de lineaire polyfonie, zullen verder besproken worden.

 

 

KONTRAPUNT

 

Kontrapunt noemen we in de meest algemene zin, de verzameling van regels die de gelijktijdige samenhang van de stemmen in een bepaalde polyfone kompositie beperken. Het spreekt vanzelf dat er een kwazi onbeperkt aantal regel-verzamelingen en dus kontrapuntische systemen denkbaar zijn. De meest fundamentele regels van het 'klassieke' kontrapunt zijn bvb.:

 

- de tegenbeweging in de stemmen

(Het klassieke verbod op parallelle oktaven en, maar minder beperkend, kwinten volgt in feite volledig uit dit principe dat borg staat voor een perceptorische autonomie der stemmen.

- een strenge beperking van de oorbare intervallen binnen elk der stemmen.

(geen intervallen groter dan een oktaaf, geen septiem of tritonus- sprongen; bij voorkeur zullen de stemmen een diatonisch verloop hebben)

- een hierarchie der samenklanken,

waarbij bepaalde samenklanken een dwingend karakter hebben: zij moeten worden gevolgd door een bepaalde andere samenklank. Zo moeten samenklanken die de tritonus bevatten dwingend worden opgelost.

- een op elk ogenblik vaste en definieerbare toonsoort en toonaard.

- elke stem beperkt zich tot een eigen territorium, een bepaalde vastgelegde tessituur.

Stemkruisingen zijn dan ook slechts bij hoge uitzondering toelaatbaar.

 

Vanzelfsprekend zijn er zowel in onze eigen muziekgeschiedenis, als in de muziek op andere plaatsen van deze planeet, talloze andere vormen van kontrapunt ontstaan. Zo denken we bvb. aan de indonesische Gamelan-muziek (modaal kontrapunt), of aan het kontrapunt in de dodekafonie en het serialisme. In een serieel kontrapunt zouden de essentiele regels bvb. kunnen berusten op:

 

- een 'anarchie' onder de gebruikte noten: elke noot is een even waarschijnlijke opvolger van een noot dat enige andere noot. Er is geen hierarchie onder de melodische intervallen.

- een a priori vastgelegde sekwens van intervallische strukturen, gebaseerd op een dodekafonische 'reeks'.

- de vermijding van het ontstaan van tonale centra in de samenklanken en hun opeenvolging.

 

Door de meestal grote metrische komplexiteit van de meeste seriele muziek echter, is dit louter kontrapuntisch facet niet steeds goed te onderkennen. Eenvoudig kontrapunt is door de seriele komponisten dan ook slechts bij uitzondering toegepast.

Het tot konservatoriumdiscipline verworden vak kontrapunt, heeft weinig tot niets te maken met kontrapunt als algemeen formeel komponeersysteem. Maar, de eventuele verwerping van kontrapunt als konservatorium-leervak op grond van het akademisme ervan, mag niet leiden tot een verwerping van het kontrapuntisch denken als dusdanig.

Het kontrapuntisch denken en struktureren hoeft zich overigens geenszins te beperken tot louter muzikaal materiaal. Het kan, zoals tenandere elk polyfoon denken ook toegepast worden op bvb. fonemen (in verbale of fonetische komposities), 'konkrete' geluiden en zelfs op multimediale gebeurtenissen (video-beelden, theatrale situaties...).

 

 

Algoritmisch Kontrapunt

 

Hoewel niet beperkend bedoeld, wijzen we hier op enkele verschillende aanpakmogelijkheden voor een implementatie van algoritmisch kontrapunt.

 

Generatief kontrapunt:

 

Hierbij wordt een algoritme opgesteld dat alle stemmen tegelijkertijd voortbrengt. Minimale vereisten te stellen aan dit algoritme zullen zijn :

 

- een simultaniteitsregel

Wat mag tegelijk klinken ?

Onder welke voorwaarden mag wat ?

(een geldigheidsvoorwaarde)

- een opvolgingsregel

Als de vorige toestand behoorde tot de verzameling A, dan moet de volgende behoren tot de verzameling B. ( een implikatieregel)

- een autonomie-regel,

waarin voorwaarden worden bepaald voor een maximale perceptorische autonomie van de afzonderlijke stemmen.

 

In deze aanpak wordt dus niet uitgegaan van a priori gegeven thematisch materiaal.

 

Additief kontrapunt:

 

Hierbij wordt uitgegaan van een a priori gegeven thema. Dit kan zijn, een volledig uitgewerkte stem waaronder of waarboven op kontrapuntische wijze andere stemmen zullen worden toegevoegd, of, een muzikaal thema waarbij niet op voorhand wordt bepaald aan welke stem het zal worden toegewezen. In dit laatste geval, zal het kontrapunt dus voor de melodie, putten uit de struktuur vervat in het thema.

 

In het eerste geval zullen we de algoritmes voor het kontrapunt moeten laten uitgaan van de eigenschappen van de gegeven stem. Het algoritme zal dan ook volgende bestanddelen moeten hebben:

 

- een simultaneiteitsregel

Wat mag tegelijk klinken ?

Onder welke voorwaarden mag wat ?

(een geldigheidsvoorwaarde, waarvan de sanktie echter niet van toepassing mag zijn op de gegeven stem)

- een opvolgingsregel

Als de vorige toestand behoorde tot de verzameling A, dan moet de volgende behoren tot de verzameling B. ( een implikatieregel, voor de toe te voegen stemmen)

Bepaalde intervalbewegingen van de gegeven stemmen kunnen dwingende gevolgen hebben voor de beweging van de andere stemmen.

- een autonomie-regel

Hierin worden voorwaarden bepaald voor een maximale perceptorische autonomie van de stemmen, tegenover de gegeven stem.

 

Het tweede geval is reeds een flink stuk komplexer, omdat het daarbij aangewezen is algoritmes voor thematische verwerking op te stellen. Hiermee komen we al volop in de vrijere vormen van polyfonie terecht, omdat we technieken van imitatie en variatie zullen wensen te gebruiken.

 

Alle hiervoor genoemde regels zullen in aangepaste vorm ook hier noodzakelijk blijken te zijn, maar daar komt bij:

- een intervalregel

Hierin worden regels vastgelegd waarbij het intervalverloop binnen een stem afhankelijk wordt gesteld van het gegeven thema.

- een afwijkingsregel of variatieregel

Welke wijzigingen mag het gegeven thema ondergaan. (vb. intervalomkering, metrische wijzigingen, transpositie, ...)

 


 

Terug naar inhoudstafel

Naar homepage dr.Godfried-Willem Raes

last update: April 23, 2001